De Zee

In een poging om mijn productiviteit op te schroeven naar hysterische hoogtes, ben ik een voornemen gestart om dan ook mijn blog wat vaker te bezoedelen met raaskallerij. Om dit voor elkaar te krijgen heb ik bedacht om, waar ik geen tijd heb voor uitgebreide teksten, dan maar uit te wijken naar truttige gedichtjes. Eens kijken hoe ik het op dat vlak doe. Natuurlijk, natuurlijk, ik heb al wat aanstellerige gedichten op dit blog geplaatst maar het kan natuurlijk nog wat erger. Ik kan allicht een poging wagen, me dunkt.

Alvast een excuus als het ergens op mocht lijken: dat is natuurlijk niet de bedoeling.

De Zee

 Je neemt me mee
Naar rust en vergetelheid
Je neemt me met je hoge golven mee
En dan is de wereld mij kwijt
Je neemt me mee

Ehm, ja dat is toch weer te dramatisch. Wel een mooie tragische toon maar absoluut niet truttig. Nog een poging, ik kan immers ook lullige sinterklaasgedichten maken. Niet met hoeken en zoeken en boeken maar wel flauwe grappen.


De Zee

Schelpen op het strand
Vanmiddag heb ik mij verbrand
Ik had me beter in moeten smeren
Wat vaker om moeten keren

Mijn nieuwe bikini maakte me blij
Ik voelde me jong, mooi en vrij
Ondanks de wat knellende bandjes
Van mijn bikinibroekje
De wat schurende randjes
Stoorden wel tijdens het lezen van mijn bouquetreeks-boekje

Ik vergat het geheel toen jij ineens verscheen
Met een charmante glimlach en bruin van been
Je hapte net wat groen ijs in je mond
En zei iets wat ik niet helemaal verstond
Je zwaaide met je ijsje
En noemde mij een heel mooi meisje 

Je zei dat ik wat rood op mijn schouders zag
En vroeg of je me insmeren mag
Natuurlijk zei ik nee
Maar dat ik wel met je wilde zwemmen in de zee
Even later smeerde je alsnog mijn rug in met zonnebrand
Toen mocht het wel, ook al was ik toen al verbrand 

Ik bood je een biscuitje aan
Meer had ik niet mee
Je hapte het gretig weg
En bleef de rest van de middag bij me, op het strand bij de zee

Ineens moest je weg
Maar niet zonder een vluchtige maar heerlijke kus op mijn mond
Je was de tijd compleet vergeten
Je keek droevig toen je opstond

Ik glimlachte en zei dat je me kon bellen
Je glimlach terug deed mijn hart versnellen
‘Dat beloof ik,’ zei je toen
En gaf me nog een zoen
Die duurde wat langer, dat was fijn
Ik wilde zo lang mogelijk bij je zijn
Je smaakte naar biscuitjes, en nog een klein beetje naar pistache-ijs
Toen ging je weg en verliet je ons tijdelijk paradijs

Schelpen in het zand
Mijn hart heb ik nu verpand
Dat is van jou, sinds vandaag op het strand

Goed, het kan erger, truttiger. Maar ik ben al een heel eind, vind ik zelf. En oefening baart kunst, dus we zetten het voort.

Dit bericht werd geplaatst in Gebazel en getagged met , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie